Wet zorg en dwang

  • Wet zorg en dwang
  • Aanvraag besluit tot opname en verblijf
  • Aanvraag rechterlijke machtiging
  • Aanvraag voorwaardelijke machtiging
  • Begrippen en rollen
  • Wet zorg en dwang
  • Aanvraag besluit tot opname en verblijf
  • Aanvraag rechterlijke machtiging
  • Aanvraag voorwaardelijke machtiging
  • Begrippen en rollen
    • Begrippen in de wzd
    • Wie is wie in de wzd

Wet zorg en dwang

Uw naaste kan een cliëntondersteuner inschakelen. Deze kan hulp en advies geven bij het aanvragen en organiseren van zorg. Cliëntondersteuning is gratis en onafhankelijk.
Lees meer over cliëntondersteuning.

Uw naaste, of zijn vertegenwoordiger, kan ook hulp krijgen van een cliëntenvertrouwenspersoon (CVP).

Een cliëntenvertrouwenspersoon onvrijwillige zorg (CVP) ondersteunt cliënten en/of hun vertegenwoordigers bij vragen en klachten over onvrijwillige zorg, onvrijwillige opname en verblijf. 
De CVP is onafhankelijk van de zorgaanbieder, de Wzd-functionaris, de zorgverantwoordelijke en het CIZ. Hulp van een CVP is gratis.

Meer informatie over de CVP vindt u op www.stemgever.nl. Op deze website kunt u nagaan hoe u als cliënt of vertegenwoordiger in contact kan komen met een cliëntenvertrouwenspersoon onvrijwillige zorg.

Dat hangt af van de situatie van de cliënt. Wij raden u aan ons te bellen voor overleg: 088 - 789 1000.

Een besluit tot opname en verblijf (artikel 21) kan niet worden afgegeven voor iemand die wilsbekwaam is. Het is niet altijd eenvoudig om te beoordelen of iemand wilsbekwaam is. Dit moet per situatie door de behandelaar gedaan worden.

Aanvraag besluit tot opname en verblijf

De persoon voor wie u de aanvraag doet en de situatie moeten aan deze voorwaarden voldoen:

  • Uw naaste heeft een verstandelijke beperking, of een psychogeriatrische aandoening, zoals dementie. Of hij heeft een van de volgende aandoeningen: het syndroom van Korsakov, de ziekte van Huntington of niet-aangeboren hersenletsel (NAH).
  • Het is nodig dat uw naaste wordt opgenomen in een zorginstelling.
  • Uw naaste of cliënt is 12 jaar of ouder.
  • Uw naaste kan niet meer zelf aangeven of hij het eens met een opname. Of hij kan de gevolgen van een opname niet (meer) overzien.

Bespreek uw zorgen met de cliëntondersteuner, casemanager of behandelaar van uw naaste.

Samen kunt u kijken welke extra zorg onveilige situaties thuis kan voorkomen. Thuiszorg, een maaltijdservice of dagbesteding kunnen oplossingen zijn.

Als het thuis echt niet meer lukt, is het soms beter dat uw naaste in een zorginstelling gaat wonen.

  • Kan uw naaste niet goed (meer) beslissen of hij opgenomen wil worden? 

    Dan is een aanvraag voor een besluit tot opname en verblijf (artikel 21 Wzd) nodig. Deze aanvraag doet u bij het CIZ.

    Lees meer over een besluit tot opname en verblijf op onze website en in de folder Opname en verblijf. Over de Wet zorg en dwang

  • Kan uw naaste nog wel goed beslissen of hij opgenomen wil worden? En heeft uw naaste nog geen Wlz-indicatie? 

    Doe dan de Wlz-check en ontdek of het zinvol is om een Wlz-aanvraag te doen. 

Wij nemen een aanvraag voor een besluit tot opname en verblijf soms in behandeling als een aanvraag voor een rechterlijke machtiging. Dat doen wij alleen als uit ons onderzoek blijkt dat de cliënt of zijn vertegenwoordiger geen opname wil. Er is dan sprake van verzet.

Deed u de aanvraag voor een besluit tot opname en verblijf? Wij bellen u op en leggen de situatie uit. En wij vragen u het volgende op te sturen:

  • een medische verklaring
  • een zorgplan als de cliënt al is opgenomen. Of als er al een zorgplan is opgesteld in de thuissituatie.

In de folder Rechterlijke machtiging bij verzet tegen de opname staat meer informatie. 

Dat hangt af van de situatie van de cliënt. Wij raden u aan ons te bellen voor overleg: 088 - 789 1000.

Een besluit tot opname en verblijf (artikel 21) kan niet worden afgegeven voor iemand die wilsbekwaam is. Het is niet altijd eenvoudig om te beoordelen of iemand wilsbekwaam is. Dit moet per situatie door de behandelaar gedaan worden.

Aanvraag rechterlijke machtiging

De persoon voor wie u de aanvraag doet en de situatie moeten aan deze voorwaarden voldoen:

  • Uw naaste heeft een verstandelijke beperking, of een psychogeriatrische aandoening, zoals dementie. Of hij heeft een van de volgende aandoeningen: het syndroom van Korsakov, de ziekte van Huntington of niet-aangeboren hersenletsel (NAH).
  • Het is nodig dat uw naaste wordt opgenomen in een zorginstelling.
  • Uw naaste of cliënt is 12 jaar of ouder.
  • Uw naaste of zijn vertegenwoordiger wil duidelijk geen opname.

Een rechterlijke machtiging geldt voor een bepaalde tijd. Als de rechterlijke machtiging van uw cliënt bijna verloopt, kunt u een verlenging aanvragen. Daarvoor moet u bij ons opnieuw een aanvraag doen. Doe dat in de 9e of 8e week voor het verlopen van de rechterlijke machtiging.

Er is een ingevuld aanvraagformulier (pdf, 227.87 KB) (en eventueel machtigingsformulier (pdf, 119.09 KB)), een medische verklaring en een zorgplan nodig om uw aanvraag in behandeling te nemen.

Als uw cliënt zich niet meer verzet, hoeft u geen verlenging van de rechterlijke machtiging aan te vragen.

Maar, wees u ervan bewust dat opname vaak nodig blijft om te voorkomen of te stoppen dat de cliënt ernstig nadeel ondervindt. Als uw cliënt zich niet meer verzet, maar ook geen bereidheid laat zien voor de opname, kunt u een aanvraag doen voor een besluit tot opname en verblijf (artikel 21 Wzd). U kunt zo’n aanvraag ook doen als uw cliënt is opgenomen met een machtiging tot voortzetting inbewaringstelling, en hij zich nu niet meer verzet (maar ook geen bereidheid toont).

Als uw cliënt wél bereid is om zijn verblijf voort te zetten en goed over zijn verblijf kan beslissen, hoeft u geen verlenging aan te vragen.
Dat kan tot uiterlijk 91 dagen (13 weken) voor de rechterlijke machtiging verloopt.
Dit besluit gaat in op het moment dat de rechterlijke machtiging afloopt. Hetzelfde geldt als de machtiging tot inbewaringstelling van uw cliënt afloopt, en u nu een besluit tot opname en verblijf aangevraagd heeft. Ook hier geldt: het besluit tot opname en verblijf gaat in zodra de inbewaringstelling afloopt.

Als uw cliënt onvrijwillig opgenomen moet blijven, is het belangrijk dat u op tijd een rechterlijke machtiging aanvraagt bij het CIZ.

Doe dit uiterlijk 1 week vóór het einde van de machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling.

Zo zorgen we er samen met u en de rechtbank voor dat uw cliënt opgenomen kan blijven met een passende juridische status.

Dat moet binnen 4 weken. Lukt dit niet? Dan vervalt de rechterlijke machtiging. Deze is dan niet meer geldig. In dat geval moet u een nieuwe aanvraag doen om uw cliënt alsnog op te kunnen nemen.

Ja, als u een cliënt opneemt met een rechterlijke machtiging of een verlenging van de inbewaringstelling moet u de vertegenwoordiger van de cliënt informeren.

Het is niet (meer) nodig om de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ), de rechtbank en het CIZ te informeren over de opname. 

Is het heel duidelijk dat uw naaste of zijn vertegenwoordiger geen opname wil? Dan kunt u direct een rechterlijke machtiging aanvragen. Wij raden u aan om dit samen met een zorgprofessional te doen.

Is het nog niet helemaal duidelijk of uw naaste of zijn of haar vertegenwoordiger tegen een opname is? Dan vraagt u een besluit tot opname en verblijf aan.

Het is belangrijk dat iemand opkomt voor de belangen van uw naaste. Zeker als hij dit zelf niet goed meer kan. Daarom krijgt uw naaste gratis een advocaat toegewezen. Dit gebeurt zodra het CIZ het verzoekschrift voor een rechterlijke machtiging heeft ingediend bij de rechtbank.

In het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens staat dat niemand zijn vrijheid mag worden ontnomen, behalve in een aantal bijzondere gevallen. Ook staat er dat alleen een rechter hierover mag beslissen. Want als iemand onvrijwillig wordt opgenomen, kan dat veel invloed hebben op die persoon en de mensen om hem heen. Het is daarom altijd een laatste redmiddel.
Vaak komt de rechter naar uw naaste thuis, of naar de zorginstelling. Soms nodigt de rechter uw naaste uit om naar de rechtbank te komen.
Als uw naaste ook al een Wlz-indicatie heeft, kan het zorgkantoor helpen bij het zoeken van een instelling waar uw naaste kan wonen. De casemanager kan u ook helpen.
Nee. Tegen de uitspraak van de rechter over een onvrijwillige opname kunt u niet in hoger beroep. U kunt wel in cassatie gaan bij de Hoge Raad.

Aanvraag voorwaardelijke machtiging

Dat kan vanaf het moment dat de cliënt 17 jaar en 9 maanden oud is.

Een voorwaardelijke machtiging geldt normaal gesproken voor maximaal 1 jaar. U kunt een voorwaardelijke machtiging wel verlengen. Dit kunt u aanvragen in deze periode: tussen 60 en 51 dagen voor de machtiging afloopt.

Houdt de cliënt zich niet (meer) aan de voorwaarden? Dan kan de zorgverantwoordelijke besluiten hem te laten opnemen. Dit kan ook als de cliënt zich wel aan de voorwaarden houdt, maar de situatie onveiliger wordt (het risico op ernstig nadeel toeneemt).

De zorgverantwoordelijke kan de cliënt ook laten opnemen op verzoek een van een deze mensen:

  • de echtgenoot
  • een familielid
  • de zorgaanbieder die feitelijk zorg verleent, of
  • de Wzd-functionaris

De instelling die wordt genoemd in de voorwaardelijke machtiging neemt de cliënt op.
Zodra de cliënt is opgenomen, wordt de voorwaardelijke machtiging automatisch een rechterlijke machtiging.

Een rechter geeft een voorwaardelijke machtiging af voor maximaal 1 jaar.

Is de cliënt, of zijn vertegenwoordiger of familie het niet eens met de opname? Dan kunnen zij bij het CIZ een aanvraag doen voor een ‘beslissing rechter na opname voorwaardelijke machtiging’. De cliënt mag zelf een aanvraag doen.

Onderstaande personen kunnen zonder toestemming of machtiging van de cliënt een aanvraag doen:

  • de wettelijk vertegenwoordiger van de cliënt
  • de echtgenoot of de (geregistreerde) partner van de cliënt
  • (groot)ouders, (klein)kinderen, broers of zussen van de cliënt
  • (groot)ouders en (klein)kinderen van de partner van de cliënt, of de broers en zussen van de partner van de cliënt
  • de zorginstelling die de cliënt feitelijk zorg verleent
  • de Wzd-functionaris

Let op: alleen familieleden van 18 jaar of ouder kunnen een aanvraag doen.

  • Begrippen in de wzd
  • Wie is wie in de wzd

Begrippen in de wzd

De Wet zorg en dwang (Wzd) regelt wanneer iemand onvrijwillige zorg krijgt of niet vrijwillig opgenomen wordt. En op welke manier dat gebeurt.

De wet is er voor mensen met een verstandelijke beperking of een psychogeriatrische aandoening, zoals dementie. Soms is het voor de veiligheid nodig dat zij worden opgenomen, maar kunnen zij niet zelf inschatten wat goed voor hen is. Dan mogen zij volgens de Wzd onvrijwillige zorg krijgen, of niet vrijwillig worden opgenomen. Dit mag alleen als het écht niet anders kan. Een niet vrijwillige opname mag alleen in een Wzd-geregistreerde accommodatie. Op www.dwangindezorg.nl staat een overzicht van deze accommodaties.

Soms zorgt een aandoening voor dezelfde problemen als een verstandelijke beperking of een psychogeriatrische aandoening (zoals dementie). Waardoor iemand ook dezelfde zorg nodig heeft. Zo’n aandoening noemen we een ‘gelijkgestelde aandoening’.

Gelijkgestelde aandoeningen zijn: het syndroom van Korsakov, de ziekte van Huntington en niet-aangeboren hersenletsel (NAH). Als iemand een van deze aandoeningen heeft, kan de Wet zorg en dwang (Wzd) ook voor hem gelden.
Met ‘ernstig nadeel’ bedoelen we dat er een grote kans is dat iemand zichzelf verwondt of in levensgevaar brengt. Of dat hij zichzelf verwaarloost, zich niet goed staande kan houden in de maatschappij of financieel in de problemen raakt. Of als zijn gedrag agressie bij anderen oproept.

Een niet vrijwillige opname mag alleen in een instelling die geregistreerd staat. Dit heet een ‘Wzd-geregistreerde accommodatie’. Bekijk alle Wzd-geregistreerde accommodaties op dwangindezorg.nl.

Als iemand duidelijk geen opname wil, dan verzet hij zich. Iemand kan op verschillende manier laten merken dat hij bezwaar heeft tegen de opname, bijvoorbeeld met woorden, gebaren of door zich anders te gedragen.

Uw naaste kan een cliëntondersteuner inschakelen. Deze kan hulp en advies geven bij het aanvragen en organiseren van zorg. Cliëntondersteuning is gratis en onafhankelijk.
Lees meer over cliëntondersteuning.

Uw naaste, of zijn vertegenwoordiger, kan ook hulp krijgen van een cliëntenvertrouwenspersoon (CVP).

Bij een besluit tot opname en verblijf (art. 21) is het nodig om iemand niet-vrijwillig op te nemen, om een onveilige situatie (ernstig nadeel) te voorkomen of te stoppen. Bij een niet-vrijwillige opname kan iemand niet meer aangeven of hij het eens of oneens is met de opname.

Bij een rechterlijke machtiging wordt iemand onvrijwillig opgenomen. Hij verzet zich tegen de opname.

Een inbewaringstelling (ibs) is een onvrijwillige opname in een crisissituatie. Een inbewaringstelling (ibs) kunt u niet bij het CIZ aanvragen. Dit verloopt via de burgemeester. Deze geeft een ibs af waarmee de persoon maximaal 3 dagen tegen zijn wil opgenomen kan worden.

In de praktijk zullen het personen uit de naaste omgeving, de huisarts of eventueel de politie zijn die de ernstige problemen van een cliënt onder de aandacht van de burgemeester brengen. 

Klik hier om te lezen wat een ibs precies inhoudt, voor wie het is bedoeld en hoe de procedure verloopt

Met deze ibs kan iemand maximaal 3 dagen tegen zijn wil opgenomen worden. Heeft deze persoon een verstandelijke beperking, of een psychogeriatrische aandoening, zoals dementie? Of een aandoening die voor dezelfde klachten zorgt (gelijkgestelde aandoening)? Dan meldt de burgemeester de inbewaringstelling bij het CIZ.